Alles over tekenbeetziekten

Inleiding

Er valt heel erg veel te vertellen over tekenbeetziekten, zoals de ziekte van Lyme: hoe kom je eraan, hoe herken je het en hoe kom je ervan af. Maar het belangrijkste: hoe zorg je dat je geen tekenbeetziekte oploopt.
Want hoewel we best veel weten over deze nare ziekten, is de diagnose ervan lastig en - als je er niet op tijd bij bent - is de ziekte moeilijk of niet goed meer te behandelen.

Wil je het naadje van de kous over deze ziekte weten, dan kun je het beste de site van Stichting Tekenbeetziekten bezoeken: daar staat echt alles, wat je zou willen weten over de ziekte van Lyme of een andere tekenbeetziekte.

Op deze pagina dus slechts een beknopte samenvatting.

Hoe kom je aan de ziekte van Lyme (of andere tekenbeetziekte)?

De ziekte van Lyme is de bekendste en meest voorkomende tekenbeetziekte. Deze ziekte wordt veroorzaakt door de Borrelia bacterie en kan je oplopen door de beet van een met de Borrelia bacterie besmette teek. Afhankelijk van de periode van het jaar of het gebied is ongeveer 30% van alle teken besmet met de Borrelia bacterie. Maar teken kunnen ook besmet zijn met andere bacteriën, virussen of parasieten. Van alle teken draagt ongeveer de helft een of andere ziekmaker (bacterie, virus of parasiet) bij zich. Het maakt trouwens niet uit of de teek volwassen is, of nog in het larve- of een nimfe-stadium verkeert.

De teek leeft van bloed. Van bloed van alles dat zich in hun leefgebied bevindt: o.a. onder bladafval, in struiken en in hoog gras. Dus muisjes, egeltjes en merels zijn prima bloedverstrekkers (we noemen ze gastheren). Maar als er een hond, een kat of een mens langs komt kan die net zo goed als gastheer dienen. De teek boort zich door het vel van de gastheer heen - liefst waar de vacht en het vel lekker dun zijn - en begint bloed te zuigen. Je voelt daar trouwens niets van. Maar als een teek die met de Borrelia bacterie besmet is een tijdje (meestal langer dan enige uren) vastzit in het vel van zijn gastheer kan hij de bacterie overdragen op hem of haar. (Alleen een teek die het zogenaamde TBE- of FSME-virus bij zich draagt, brengt die direct bij de beet over. Maar dat komt in Nederland héél weinig voor en is een verhaal apart. Lees er meer over op de betreffende pagina van Stichting Tekenbeetziekten.) Beestjes als muizen, reeën en katten hebben helemaal geen last van een Borrelia bacterie. Wij mensen worden er ziek van.

Jammer is dat er geen pilletjes bestaan of je niet kunt laten inenten, zodat je geen besmetting van een teek oploopt. (Alweer een uitzondering is een besmetting met het TBE- of FSME-virus: hiertegen kun je je wel vooraf met een vaccin laten inenten, waardoor je er niet ziek van wordt.)

Hoe weet je of je de ziekte van Lyme hebt?

Als je de ziekte van Lyme hebt opgelopen, ontstaat - bij het merendeel van de mensen - binnen 3-4 maanden na de beet een zich uitbreidende rode ring of vlek. Dit wordt een EM (Erythema Migrans) genoemd. Dat is gemakkelijk, want dan weet iedereen - ook de dokter - dat je de ziekte van Lyme hebt. Je krijgt dan meteen antibiotica van je huisarts en daarmee kan de ziekte van Lyme meestal goed behandeld worden.

Maar: er ontstaat niet altijd zo'n rode ring of vlek. Of die ring/vlek komt op een plaats waar niemand 'm ontdekt (bijvoorbeeld onder je haar). Of de ring of vlek wordt niet herkend als een signaal van de ziekte van Lyme. Wat dan?
Dan moet je goed opletten of je in de maanden na een tekenbeet andere klachten krijgt, zoals een grieperig gevoel, koorts, hoofdpijn, nekpijn of zomaar spierpijn of wisselende pijn in je gewrichten (zoals je knieën of schouders), terwijl je niets bijzonders hebt gedaan. Soms kan je op je huid een blauwrode of paarsrode bobbel krijgen bijvoorbeeld bij je oorlel, dat wordt een lymfocytoom genoemd. Of je kan ineens hele slappe gezichtsspieren krijgen aan één of beide kanten van je gezicht. Ook daarmee moet je direct naar je huisarts en vertellen dat je door een teek gebeten bent.

Helaas kan de diagnose - om verschillende redenen - niet altijd gemakkelijk gesteld worden. Er wordt gekeken naar een combinatie van: ziekteverschijnselen, testuitslagen en of je een tekenbeet hebt gehad. De tests die gebruikt worden zijn niet 100% betrouwbaar in het aantonen of je de ziekte van Lyme wel of niet hebt en kan dus soms een verkeerde uitslag geven. Een groot probleem is ook dat de Borrelia bacterie overal in je lichaam kan gaan zitten en daardoor heel veel verschillende klachten kan veroorzaken, zo kan de ziekte ook gemakkelijk verward worden met andere ziekten, zoals MS en reuma. (Zie voor meer informatie: Diagnose van de ziekte van Lyme)

Maar er zijn ook veel te veel mensen en kinderen die een tekenbeet niet opmerken en bij de eerste ziekteverschijnselen zelf - en ook hun arts - dan niet zo snel denken aan een tekenbeetziekte.

Meer weten over de symptomen van de ziekte van Lyme? Volg dan deze link.

Hoe genees je van de ziekte van Lyme?

Dat kán heel simpel zijn: als je de kenmerkende rode ring of vlek krijgt en de huisarts ziet direct dat het hier om een zogenaamd EM gaat, krijg je antibioticapilletjes waarmee je doorgaans snel geneest.

Het komt ook voor dat het langer duurt voordat de diagnose wordt gesteld, bijvoorbeeld wanneer je niet zo’n rode vlek of ring hebt gekregen maar wel andere klachten hebt. De bacterie heeft zich dan al verder door het lichaam verspreid. Je krijgt dan een langere kuur antibiotica of zelfs antibiotica met een infuus in het ziekenhuis in plaats van pilletjes. De meeste mensen voelen zich dan snel weer beter, maar door het lang uitstellen van de behandeling wordt het ook wel steeds lastiger om dan nog goed te kunnen genezen van de ziekte van Lyme. Jaarlijks krijgen enige duizenden mensen te maken met een chronische vorm van de ziekte en ernstige invaliderende gevolgen die hiermee gepaard gaan.

Veel meer over de behandeling van tekenbeetziekten lees je op de site van Stichting Tekenbeetziekten. Op die pagina hebben we ook een aantal interessante boeken gezet, die meer vertellen over de behandeling van deze ziekten.

Laatst gewijzigd: 19 jan. 2023